De schilderijen van Anja Kok geven alledaagse situaties weer vermengd met een vleugje fantasie, vervreemding, eenzaamheid en het onvermogen tot liefde. Het werk heeft een geheel eigen karakter maar is tegelijkertijd algemeen herkenbaar. Zij droomt al schilderend door haar schilderij als een kind vol verbazing in de volwassen wereld. Schilderen wordt een soort toveren waarbij onverwachte acties de meest verrassende wendingen veroorzaken. Het doel is zoeken naar nieuwe mogelijkheden. Inspiratie haalt Anja Kok uit haar ontmoetingen met mensen en de manier waarop hun omgeving is ingericht. Daarbij ontstaat vaak een gevoel van onbehagen. Hiermee zet ze graag mensen op het verkeerde been. Een schilderij moet voor haar vragen oproepen in plaats van deze beantwoorden. Motieven en vormen uit de Flower Power periode zijn beeldbepalende elementen welke regelmatig in de schilderijen van Anja Kok opduiken. Er is sprake van een grote gelaagdheid in het werk waardoor je in de wereld onder de wereld kan duiken. Hierin zijn dan weer nieuwe motieven te ontdekken. Het werk wordt opgebouwd, laag over laag, naast elkaar en over elkaar. Motieven zijn niet de enige beeldelementen ook grijpt Anja Kok regelmatig terug op eerder gebruikte beeldelementen die zij weer in een compleet nieuwe context plaatst. Door het gebruik van felle kleuren breekt zij vaak met de regels van de esthetiek. De schilderijen zijn een soort doorlopend dagboek samengesteld uit gedachten en herinneringen met vaak humoristische titels waardoor het denken en de waarneming uit sync raken. Tussen droom en werkelijkheid............